zondag, oktober 29, 2006

Prins Pirijn

Tijdens de Boekenbeurs loopt op Canvas een mini-boekenprogrammaatje. Dag Boek, min-of-meer bekende lezers vertellen over hun lievelingsboeken. Op 11 november ik. Ik moet daar dit weekend al eens diep over nadenken, want in New York gaat dat er niet van komen. Eén van de dingen die ze gaan vragen is welk boek de leesmicrobe heeft gebracht.

Ik was tien, ik zat in het vierde leerjaar bij meester Schillebeeckx. We waren verhuisd van Antwerpen naar Turnhout. De allereerste dag wou een vriendelijk klasgenootje me op mijn gemak stellen: "Moette geuj ne pik hhemme?" Vertaald naar het Antwerps: "Moette gaai een bolleke némme?", maar dat wist ik toen nog niet. In het schoon Vlaams: "Wil je een snoepje?" Ik vreesde dat er bloed ging vloeien, dus zei ik nee. Dat vond dat klasgenootje heel raar.

Ik wil maar zeggen: ik sprak géén Turnhouts, dus vermoedde meester Schillebeeckx dat mijn taaltje standaard Nederlands moest zijn. Het leverde mij het Prijsboek voor ABN op. Prins Pirijn van Corrie Lührs. De enige keer dat ik de beste in iets ben geweest en het allereerste echte leesboek dat ik bezat.

Ik denk dat het Luc Opdebeeck was, dat vriendelijke klasgenootje.

Labels: , , ,